Category Archives: My Adventures, Jobs & Other stuff

Special Music Memories

In de loop der jaren zijn er speciale momenten geweest waarbij een bepaald nummer een blijvend herinnering heeft achtergelaten. Een herinnering waarbij je de eerste toon hoort, je weet welk nummer het is en je exact herinnert waar en wanneen het was en wat je toen deed. Ik heb hier een aantal nummers beschreven waarvan ik bijzondere herinneringen heb overgehouden. Hoewel de laatste in deze lijst van 1990 was wil niet zeggen dat er na die tijd geen bijzondere nummers geweest zijn maar hebben waarschijnlijk minder indruk op mij hebben gemaakt. Elke foto is een link naar het betreffend nummer, ben benieuwd wat je ervan vindt.

Roger Waters – The Wall – 1990

In 2022 was het 32 jaar geleden dat Roger Waters op het niemandsland tussen Oost- en West-Berlijn stond. Op het terrein tussen de Potsdamer Platz en de Brandenburger Tor voerde de voormalige Pink Floyd-bassist zijn magnum opus uit: The Wall. Daarmee loste Waters een oude belofte in: hij zou het meesterwerk nooit meer opvoeren, tenzij de Berlijnse Muur ten val zou komen. Toen de Muur eind 1989 inderdaad omviel, toog de zingende bassist naar Berlijn dat weer de Duitse hoofdstad was geworden na de val van de muur.

De show in Berlijn op 21 juli 1990 viel min of meer samen met het tienjarig jubileum van het album The Wall, dat in 1979 door Pink Floyd op de markt werd gebracht. Bijna een half miljoen mensen zagen de uitvoering van de rockopera: 350.000 mensen hadden een kaartje gekocht en nog eens 100.000 mensen zagen de show van een afstand. Met deze getallen werd The Wall – Live In Berlin het grootste concert met betalende bezoekers tot dan toe.

Samen met een goede vriend reisden wij af naar Berlijn om dit spektakel mee te maken. Wij arriveerden via Oost Berlijn wat op zich al een hele ervaring was. Na aankomst parkeerden wij de auto in een park en zette ons tentje op, intussen werd begonnen met de soundcheck. Het concert was echt geweldig, al met al een weekend om nooit te vergeten.

Mezzoforte ‎– Garden Party – 1982

Een geheel nieuwe sound, 100% instrumentaal. Het was de vierde album van Mezzoforte, een groep uit IJsland, met hun meest bekende nummer Garden Party waarmee de band in Europa doorbrak met slechts een hit. In IJsland verscheen het album als Mezzoforte 4. In Europa kwam het album als Surprise Surprise op de markt, voorzien van de cover van hun vorige album.

The Who – The Acid Queen – 1973

Tijdens de zomervakantie van 1973 (ik zat in militaire dienst van nov 72 – mei 1974), gingen mijn broer Peter en ik al liftend op vakantie naar Luxembourg. Na onze tent te hebben opgezet in Echternach verkenden wij de omgeving, bezochten de grotten en brachten veel tijd door op de terrasjes van de lokale cafés. Na ongeveer een week moesten we weer richting huis. Vanuit Echternach kregen wij een lift van een vent die ongeveer 30 geweest moest zijn. We reden in een Mercedes cabriolet die was voorzien van een 8-track stereo installatie. Op een gegeven moment speelde The Acid Queen van The Who. De combinatie van vrijheid, de wind die door mijn haren woei (ja ik had toen nog haar), de geur van de stickies die hij en mijn broer rookten en de muziek van The Who maakte het een geweldige beleving.

The Free – All Right Now – 1970

In de zomer van 1970 besloot ik te gaan backpacken naar Engeland. Had een advertentie gezien van een studenten organisatie om aardbeien te plukken in Eckles on Sea in Norfolk. Met een rugzak en tent, samen bijna evenveel wegend als ik zelf, vertrok ik naar Hoek van Holland om met de veerboot over te steken naar Harwich. Vandaar gelift naar Eckles on Sea. Na een aantal regenachtige dagen begon het me goed te vervelen, ik pakte de boel op en liftte naar Preston, niet ver van Blackpool. Daar woonde een kennis van mijn ouders. Een hit in die dagen was All Right Now van de band The Free. De mensen bij wie ik in huis was draaiden de plaat wel 30 keer per dag, leek wel of ze geen andere platen hadden. Het is om deze reden dat dit nummer mij altijd is bijgebleven.

That’s Soul 3 – Various Artists – 1968

In 1968 zat ik op de LTS Dominicus Savio, in die tijd was ik ook lid van de JF Kennedy drumband in Osdorp. Gedurende de periode dat ik bij de drumband zat, hadden wij regelmatig feestjes bij vrienden of bij ons thuis. Mijn favoriete muziek was toen Soul, en had al een flinke collectie opgebouwd. Toen het album “That’s Soul 3” in 1968 uit kwam, moest ik die natuurlijk ook hebben voor mijn verzameling. Het beste nummer van het album vond ik: Memphis Soul Stew van King Curtis. Ik heb het album nog steeds en hoewel de plaat inmiddels bijna grijs is gedraaid, staan de herinneringen nog scherp op mijn netvlies.

Keith West – Grocer Jack – 1967

Eerst klas LTS Dominicus Savio. Ik had een maatje, hij woonde in de Ferdinant Spitstraat. We reden dagelijks samen naar school en kwamen af en toe bij elkaar thuis. We vonden dit nummer toen helemaal geweldig. Waarom? Als ik het nu hoor weet ik het niet meer.

Beethoven – Pianoconcert No. 5

Het was in de 60er jaren dat ik voor het eerst klassiek muziek kreeg toegediend. Ik had in die jaren nogal veel last van migraine aanvallen, zo ernstig dat ik geen daglicht kon verdragen. Om mijn gemoedsrust te kalmeren draaide mijn moeder Beethovens Pianoconcert Nr. 5. Dit stuk is nog steeds een van mijn favoriete klassieke muziekstukken. Ik heb het van mijn moeder overgenomen, toen mijn dochtertje ziek en onrustig was draaide ik dit ook voor haar.

1973 – Luxembourg

Ook in militaire dienst heb je recht op vakantie, enige weken voor dat mijn vakantieperiode aanbrak kwam mijn broer Peter met het idee om samen te gaan kamperen. Dat was heel bijzonder om samen met je grote broer op vakantie te gaan. Al gauw werd besloten om voor een periode van een week liftend naar Luxemburg te gaan, om precies te zijn naar Echternach. Zo gezegd zo gedaan, met twee rugzakken gepakt en de tent en slaapzakken eraan vast gemaakt vertrokken wij vanuit ons ouderlijk huis in Osdorp. Over de reis ernaar toe kan ik me eigenlijk niet veel herinneren. Eenmaal aangekomen zetten wij de tent op, het was eigenlijk een tentje, Peter sliep met zijn voeten buiten de tent. We hebben in de omgeving wat rond gestruind en een aantal grotten bezocht.

The camping where Pete and I stayed for a couple of days in 1973

Al gauw was de week bijna om en moesten wij inpakken en weer op weg naar huis. Direct buiten de camping kregen wij een lift van een jonge man die in een Mercedes cabriolet reed. Peter zat voorin en ik met een grote glimlach op de achterbank. Het was prachtig en warm weer, de wind door de haren, het gaf allemaal een enorm vrij gevoel. Ik kan me nog goed herinneren dat de chauffeur een cassette afspeelde, het was een nummer die veel indruk maakte op mij namelijk Acid Queen van The Who’s rock opera Tommy. Na verschillende liften kwamen wij uiteindelijk aan in Brussel aan waar wij besloten bij een Sleep-Inn te overnachten en de volgende ochtend door te reizen naar Nederland. Van Brussel naar Rotterdam ging voorspoedig maar in Rotterdam wilde het niet lukken. Wij hebben enkele uren bij de oprit van de snelweg gestaan maar kwamen niet weg. Wij waren het helemaal zat en wilden naar huis. Er werd besloten met de trein te gaan maar hadden hiervoor geld, dus zouden wij gaan zwart rijden.

Mercedes caabriolet, exact zoals die waarmee wij een lift hadden gekregen.

Nadat wij onze strategie hadden besproken, voor het geval wij toch werden gecontroleerd, stapten wij in de trein. Naar Amsterdam zou toch een makkie moeten zijn, zover is dat nou ook weer niet. Wij hoorden de conducteurs signaal, de deuren sloten en de trein kwam in beweging.

Wij waren het station nog niet uit toen de conducteur de kaartjes kwam controleren. Wij hadden al tevoren afgesproken dat wij Engels zouden spreken, toeristen uit Engeland. Pete zei “jij hebt toch de kaartjes” waarop ik antwoorde, “nee die heb je in je portemonnee gedaan”. In zijn portemonnee zat een gat, Pete zei, “het lijkt erop dat ik de kaartjes verloren ben”. In Den Haag werden wij door de spoorwegpolitie naar een kantoor gebracht. Ze zaten toch wel een beetje met ons in de haren, wat te doen met twee lifters die geen geld hebben. Wij luisterden naar wat zij onderling bespraken maar uiteraard konden wij dat niet verstaan omdat wij Engels waren, iets wat in theorie klopte, wij hadden namelijk alle twee onze Engelse paspoorten bij ons.

Op een bepaald moment werd er geopperd dat zij ons op de nachtboot naar Engeland wilde zetten, en dat terwijl ik maandag mij weer moest melden voor militaire dienst. Zij vroegen of wij familie hadden in Nederland waarop wij antwoorden, ja in Amsterdam, daar waren wij juist op weg naar toe. Nadat onze ouders waren gebeld is pa op zijn brommer naar Amsterdam Centraal Station gereden om de kaartjes te betalen. Nadat dat was doorgegeven aan de spoorwegpolitie mochten wij onze weg vervolgen. De spoorwegpolitie vertelde nog wel dat onze pa had gezegd dat we die avond niet welkom waren, hij was een beetje boos omdat hij de hele dag hard had gewerkt met behangen en schilderen van de woonkamer. In Amsterdam gingen we een nachtje naar Peters vriend en de volgende dag keerde ik terug naar huis, op tijd om na het weekend terug te keren naar de kazerne! Wederom een vakantie om nooit te vergeten.

1971 – Botel Cruises NL

Niet lang na mijn terugkeer uit Engeland begon ik te werken als fijn metaalbewerker bij een klein fabriek aan de Bloemgracht in de Jordaan. Hoewel het interessant werk was, zag ik mezelf daar niet mijn hele leven werken. Ik realiseerde me dat er meer in het leven moet zijn dan ‘opgesloten’ te zitten in een fabriek. Ik had de drang naar iets met meer vrijheid en avontuur. In april 1971 ging ik op zoek naar iets anders en kwam uiteindelijk als afwasser bij Botel Cruises aan de Ruyterkade in Amsterdam terecht. Het werk was duidelijk niet spannend en zeker geen droombaan, maar de omgeving wel. Het kon me niet echt schelen wat voor een baan het was, ik had de drang naar verandering, meer van de wereld zien en mensen ontmoeten.

Ik kan me niet herinneren hoeveel rijncruises ik heb gemaakt op de Amsterdam, die waarschijnlijk het oudste schip was van de vloot van vier schepen die het bedrijf bezat. Hoogstwaarschijnlijk heb ik niet meer dan twee of drie cruises van Amsterdam naar Rüdesheim en terug gedaan. Het was een zevendaagse cruise maar het stoorde me niet, ik wilde gewoon weg en meer van de wereld zien, hoewel het maar een klein deel van Duitsland was. Het duurde niet lang voordat ik echt verliefd werd op een van de stewardessen, ze heette Jenny, en kwam uit Maastricht. Op een dag spraken we af dat we uit zouden gaan in Rüdesheim om de Drosselgasse te bezoeken. De Drosselgasse is een druk, smalle straatjes met tal van souvenirwinkels, bars, restaurants en terrassen.

Nadat ik klaar was met het afwassen van de borden, potten en pannen en de vloer had geboend, ging ik naar mijn hut om me om te kleden. Op het moment dat wij het schip wilden verlaten, werd ik tegengehouden door de chef-kok die zei dat de keukenvloer niet schoon genoeg was en dat ik het opnieuw moest doen. Natuurlijk baalde ik maar deed wat er van mij verwacht werd. We waren toen weer van plan om te gaan en ik kreeg te horen dat het niet schoon genoeg was en dat ik het opnieuw moest doen. Ik weigerde dit en verliet samen met Jenny het schip.

Later op de avond na terugkomst op het schip, stonden de manager, de chef-kok en de kapitein ons op te wachten. Ik kreeg te horen dat ik op staande voet was ontslagen omdat ik had geweigerd mijn werk te doen en dat ik de volgende ochtend het schip moest verlaten. Zonder geld op zak werd ik van het schip gezet. Ik stond op de steiger en zag het schip vertrekken voor de terugreis naar Amsterdam. Ik stond daar gewoon en vroeg me af wat er net gebeurde, hoe konden ze dat doen? Zonder geld achtergelaten in Duitsland. Ik begon te lopen en vond een plek waar ik stopte om mijn duim op te steken in de hoop op een lift. Een tiental ritten later kwam ik aan in Amsterdam.

De volgende dag ging ik terug naar het kantoor van Botel Cruises om te vertellen wat er was gebeurd. Ik vertelde de HR-manager ook dat ik voor het bedrijf wilde blijven werken, maar dit keer niet als afwasser maar als stuurman/matroos. Zijn antwoord was dat het zeer onwaarschijnlijk zou zijn om een dergelijk baan te vervullen zonder enige ervaring. Hij hervatte door te zeggen, als je enige ervaring zou hebben, zou hij serieus overwegen mij weer in dienst te nemen. Ik bedankte hem, liep naar de deur, draaide me om en zei, tot volgend jaar!

Ik ging direct naar huis en vertelde mijn ouders over mijn plannen. De weken daarna deed ik rustig aan en zocht naar advertenties waar matrozen werden gezocht. Op een dag kwam mijn vader bijzonder opgewekt thuis van zijn werk, hij had een advertentie gezien buiten een sleepbootbedrijf in Amsterdam, het bedrijf was op zoek was naar een leerling matroos. De volgende dag ging ik direct naar het bedrijf voor een interview en werd ter plekke aangenomen! Ik werd toegewezen aan een kapitein van een kleine sleepboot, we moesten zand vervoeren van nabij Pampus in het IJsselmeer. Het zand werd in een enorme bak geladen die we niet werden gesleept maar geduwd, en wel helemaal door Amsterdam, over het Nieuwe Meer naar Lijnden vlak bij Zwanenburg. Daar werden de duwbakken leeggemaakt en gebruikt om de dijk langs de Ringvaart te verhogen en te versterken.

In mei 1972, na een periode van 7 maanden, was de klus geklaard en zat mijn werk erop. Ik had kunnen blijven werken met Tjeerd, de schipper en eigenaar van de kleine sleepboot, maar ik had mijn zinnen gezet op de Rijn-cruiseschepen. Zodra ik mijn getuigschrift als stuurman/matroos had ontvangen ging gelijk naar Steiger 4 achter het Centraal Station waar het kantoor van Botel Cruises was. Ondanks het feit dat ik geen afspraak had, was de HR-manager dhr. de Graaf bereid mij te spreken. Met een grote glimlach op mijn gezicht gaf ik hem mijn getuigschrift dat ik nog geen 20 minuten geleden had ontvangen. Hij keek er een minuut of zo naar en keek me aan over zijn leesbril. Dus, wie ben jij en wat wil je, vroeg hij. Ik vertelde hem dat hij me had verteld dat als ik terug zou komen met ervaring als stuurman/matroos, hij zou overwegen om me in te huren op een van zijn schepen, dus hier ben ik. Zijn antwoord was, nou ja, je wilt dit echt doen, nietwaar!

Het werd stil op kantoor, na een minuut of zo vroeg hij, wanneer kun je beginnen? Mijn antwoord was, onmiddellijk… of is dat te vroeg zei ik. Nee, nee dat is prima; een van onze schepen komt uit Zaandam en is onderweg naar Volendam. Als je nu aan het einde van de steiger gaat wachten, kan je straks direct aan boord van de MS Holland. Het schip keert morgen terug en als de kapitein tevreden is met u en je werk, vertrekt je overmorgen voor een Rijncruise naar Straatsburg. Het is een 14-daagse cruise en zorg ervoor dat je niet opnieuw ontslagen wordt!

Dat jaar heb ik verschillende cruises gemaakt van Amsterdam naar Straatsburg en terug, ik weet niet precies hoeveel maar het moeten minstens 6 cruises van twee weken zijn geweest.

1970 – Eccles on Sea NL

Nadat ik in juni 1970 klaar was met school, besloot ik op vakantie te gaan voordat ik in oktober zou gaan werken. Ik had een advertentie gezien voor studenten om aardbeien te gaan plukken in Eccles on Sea in Norfolk, de combinatie van reizen en wat geld verdienen leek me een geweldig idee. De drang om te gaan reizen kwam hoogstwaarschijnlijk van mijn broer die aan het backpacken was door Europa; ook had mijn moeder enkele kostgangers uit Engeland, Wales en Denemarken met wie ze samenwerkte in het Hilton in Amsterdam. Deze kostgangers reisden ook door Europa, voornamelijk liftend. Hun verhalen klonken zo goed dat ik iets van dat avontuur wilde meemaken. Dus na veel discussie en het overtuigen van mijn moeder zijn we begonnen met het voorbereiden van mijn reis. Eerst had ik een paspoort nodig en omdat ik in Engeland geboren ben, was het meest voor de hand liggende om een ​​Brits paspoort aan te vragen. Daar ging ik met de foto’s naar het consulaat in Amsterdam. Toen moest ik mijn spullen bij elkaar zoeken. Het belangrijkste, een rugzak leende ik van mijn broer Pete, kocht een tweedehands tent, een slaapzak en andere benodigdheden voor een backpackreis.

Mijn moeder was er nog niet honderd procent van overtuigd dat liften een goed idee was en stelde voor om met het openbaar vervoer te gaan, aangezien ze me hiervoor extra geld gaven, zag ik geen reden om dit genereuze aanbod af te slaan. Eindelijk brak de dag aan, de overbelaste rugzak werd op tafel gezet en deed de banden over mijn schouders. Na de eerste stap naar voren te hebben gezet viel ik bijna achterover, de rugzak was zo zwaar, maar ik was cool en wilde het niemand laten merken en hield mezelf sterk. Na honderd keer beloofd te hebben dat ik voorzichtig zou zijn en dat ik om de zoveel dagen naar huis zou bellen, vertrok ik door de voordeur. Het eerste obstakel begon, ik liep de trap af vanuit onze flat op de derde verdieping, ik moest me aan beide kanten de leuningen zo stevig vasthouden om te voorkomen dat ik niet achterover viel, ik slaagde erin om zonder verwondingen naar beneden te komen. De straat op en naar de hoek gelopen, ik keek achterom en zag de hele familie op het balkon zwaaien en handkusjes gooien, zo goed bedoeld maar toen vond ik het zo gênant.

Veilig en wel aangekomen bij de bushalte en een kaartje naar Amsterdam Centraal Station gekocht. De dag dat ik mijn paspoort ging ophalen had ik ook mijn treinkaartje naar Hoek van Holland gekocht. Na aankomst bij de veerbootterminal stapte ik op de veerboot en vond ik een comfortabele plek waar ik me kon settelen voor de oversteek naar Harwich vanwaar ik de volgende ochtend een bus nam naar Eccles on Sea.

Na aankomst op de camping kreeg ik de locatie toegewezen om mijn tent op te zetten, ‘s avonds was er een introductie en uitleg van wat er van je werd verwacht. Klonk makkelijk, pak een leeg krat en vul het met rijpe aardbeien. Hoe meer kratten je vult, hoe meer je verdient. De eerste twee dagen gingen goed, het geld stroomde in mijn zak, dit terwijl ik me behoorlijk ziek begon te voelen na het eten van zoveel aardbeien, wat mocht, zolang je ze niet van de velden meenam.

Na drie dagen veel regen te hebben gehad, wat slecht is voor het plukken van de zoete vruchten, bleven de hele dag in de tent. De volgende dag was niet veel beter en de voorspelling was dat het de komende week niet zou veranderen! Ik hoorde een discussie tussen een paar andere studenten dat je een paar kilometer verderop aardappelen zou kunnen rooien, en dat het beter zou betalen dan de aardbeien. We verhuisden naar de aardappelboerderij en gingen in de stromende regen aan het werk.

Na weer een aantal dagen met hevige regen besloot ik te stoppen, de weersvoorspelling was gewoon te slecht om hier rond te blijven hangen. Een van de jongens tent had gelekt en had geen slaapplaats. Hij kwam uit Leeds en we konden het goed met elkaar vinden. We spraken af dat hij mijn tent mocht lenen en als hij thuiskwam zou hij hem terugsturen naar mij in Nederland. Ik was zo naïef en stemde in met dit voorstel. Natuurlijk is de tent nooit thuisgekomen, wat moeder helemaal niet leuk vond.

Van Eccles on Sea reisde ik een beetje zuidwaards naar Ipswich om mijn neef Alan en zijn vrouw Beryl op te zoeken. Ze waren erg gastvrij en werd geïnstalleerd in de logeerkamer aan de voorkant van het huis. Eerst pakte ik mijn rugzak uit en daarna waste Beryl mijn kleren waarvan de meeste kletsnat waren. Mijn broer en onze kostgangers leerden me dat het oprollen van kleren beter zou zijn dan ze op te vouwen, minder kreukels zeiden ze. Ik haalde mijn mooie appelgroene discopak dat ik had meegebracht uit de onderkant van de rugzak; mijn pak had ik onlangs gekocht speciaal voor de bruiloft van mijn broer. Na het kamperen van de afgelopen week had ik zin om me een avondje netjes op te kleden. Onnodig te zeggen dat het pak erg gekreukt was en dat het eerst geperst moest worden.

Helemaal schoon en in het pak gestoken liep ik de woonkamer in, mijn neef en zijn vrouw keken me aan alsof ze nog nooit iemand in het pak hadden gezien. Waar denk je heen te gaan, zei hij, je bent niet in Amsterdam! Ik antwoordde dat ik naar de lokale kroeg ging voor een paar biertjes. Na te zijn geadviseerd daar niet heen te gaan, zeker niet zo gekleed, besloot ik mijn kans te wagen. Ik herinner me nog goed toen ik de kroeg binnenkwam, het werd helemaal stil en alle ogen keken naar mij het was zo stil dat je een naald kon horen vallen. Het was een ruige bende, skinheads met zogenaamde bovver-laarzen. Een bovverlaars is een soort laars die in verband werd gebracht met geweld. Dergelijke laarzen hebben over het algemeen een stevig ontwerp en kunnen ook stalen neuzen hebben! Na sluitingstijd liep ik terug naar het huis van mijn neef, ze hadden duidelijk het ergste verwacht. Toen ik naar binnen ging, vroegen ze goed, hoe ging dat? Ik antwoordde dat ik een bal had, de hele nacht geen cent had uitgegeven. De jongens in de kroeg kochten pint na pint voor me, ik was voor de verandering de coole vent waardoor ik me geweldig voelde. Ze wilden alles weten over waar en hoe we in Nederland woonden en alles over Amsterdam! Het was echt een avond om nooit te vergeten.

Om mijn reis te financieren had ik echt meer geld nodig, dus de volgende dag nam mijn neef me mee naar een plaatselijk feesttentenbedrijf om te informeren naar een ​​baan. Ik geloof dat de naam van het bedrijf Rants and Jackal was. Ze waren gespecialiseerd in het opzetten van grote tenten voor evenementen. Ik bleef een paar dagen bij hen totdat ik genoeg geld op zak had om mijn reis voort te zetten. Ik besloot naar Preston te reizen om Hazel, een vriendin van mijn moeder, te zien. Ze woonde in Spring Gardens, aan de rand van Preston. Alan nam me mee naar de rand van de stad waar ik begon te liften, ik geloof dat ik een tiental ritten nodig had voordat ik op mijn bestemming in Preston aankwam, een afstand van ongeveer 400 km. Liften brengt risico’s met zich mee, een man kon zijn handen niet thuis houden, hij bleef constant mijn knie aanraken en mijn been strelen, na een tijdje realiseerde hij zich dat ik geen interesse had hij zette me af in het midden van nergens. Hoe dan ook, veilig en wel liep ik terug naar de hoofdweg en vervolgde mijn reis naar Preston.

Hazel was zeer verrast mij te zien; ze verwelkomde me en bood me een slaapplaats aan. De dagen erna was het één groot feest met veel verschillende mensen die in en uit liepen. De hele dag hebben we platen gedraaid en bier gedronken. Een plaat die keer op keer werd gedraaid was All Right Now van de band Free. Op een avond gingen we Ballroom Dancing in de Winter Gardens in Blackpool, ik zag er weer geweldig uit in mijn coole appelgroene pak!

Het was inmiddels alweer tijd om terug naar huis te gaan, ‘s ochtends, niet lang nadat ik Hazels huis had verlaten, kreeg ik een rechtstreekse rit van Preston naar Harwich, de chauffeur had nog nooit eerder een lifter meegenomen en was erg bezorgd over mijn welzijn. Het is te gevaarlijk om zo te reizen zei hij, ik ga ook naar Harwich en zal je helemaal meenemen. Ik had zoveel geluk! Tijdens de reis stopten we verschillende keren en elke keer kocht hij eten en drinken voor me, dat alles zonder bijbedoelingen, gewoon een vriendelijke kerel. Ik checkte in op de veerboot en keek ernaar uit om de volgende dag thuis te zijn.

1972 – Zig-Zag NL

Na mijn vertrek bij  de Botel Cruises zag ik een advertentie in de krant, er werden bemanningsleden gezocht aan boord van een zeiljacht. De eigenaar, de Amerikaan Conrad, had een reis gepland van Amsterdam naar Spanje met zijn spiksplinternieuwe zeiljacht (een Ketch) dat hij had laten bouwen bij een werf in Noord-Holland. Bijzonder detail was dat normaal gesproken een zeilboot een grote, zware en diepe kiel heeft voor de stabiliteit. De reis naar Spanje zou over kanalen en rivieren van Nederland via België en Frankrijk naar de middellandse zee gaan om deze vervolgens over te steken naar Spanje.

Ed en Rob (de andere bemanningsleden) en rechts Conrad de eigenaar van de Zig-Zag.

Al gauw had ik een afspraak gemaakt en ging op weg naar de Six Haven in Amsterdam Noord om Conrad te ontmoeten. Hij zocht drie bemanningsleden met zeilervaring, iets wat ik net niet had. Het interview verliep niet goed; Ik moest een aantal goede redenen bedenken waarom hij mij zou aannemen. Dus begon ik te bluffen, ik vertelde hem dat hoewel ik geen zeilervaring heb, ik wel kennis had van dieselmotoren, “ik neem aan”, vervolgde ik, “je hebt toch wel een dieselmotor?” Ik denk dat ik alleen maar wist hoe ik een oliefilter moest vervangen!

Ook vertelde ik hem ook dat ik goed was in de huishouding en met koken. Hij besefte waarschijnlijk hoe graag ik mee wilde op deze reis en besloot mij samen met twee andere jongens, Ed en Robert, die beiden zeilervaring hadden, aan te nemen. Tijdens de reis zouden we geen salaris ontvangen, het was “vrijwilligerswerk” maar hij zorgde voor eten en drinken en natuurlijk een groot avontuur.

Moeders, zo bezorgd als ze kunnen zijn, stond erop dat zij eerst Conrad wilde ontmoeten voordat ze mij haar zegen gaf om met hem en twee andere jongens op reis te gaan.

Enige weken later, nadat de boot bevoorraad was met de nodige provisie en inventaris, vertrokken wij op maandag 28 augustus uit Amsterdam. De reis zou naar verwachting drie maanden duren, varend door Nederland, België en Frankrijk over rivieren en kanalen met ongeveer 240 sluizen voordat we Marseille in het zuiden van Frankrijk zouden bereikten. Van daaruit was het plan om de masten op te zetten en via Golf du Lyon naar Spanje te varen met als voorlopige eindbestemming Alicante.

Vanuit Amsterdam voeren we naar Maastricht, een grensplaats met België. Van daaruit zijn we de Maas blijven volgen wat vlot en soepel verliep. Zoals eerder vermeld verwachtten we tijdens de reis zo’n 240 sluizen en enkele tunnels te passeren. Hiervoor hadden we een fiets bij ons, om beurten reed een van de drie bemanningsleden met de fiets naar de volgende sluis en maakte de sluis gereed om binnen te varen, eenmaal uit de sluis reed hij dan door naar de volgende sluis enz.

Bij de stad Belgische Franstalige stad Huy kregen wij een technisch probleem, een beugel dat de uitlaat op zijn plaats hield was afgebroken door de trillingen van de motor. Dus nu was het aan mij om dit op te lossen, want dat was tenminste mijn “specialiteit”, zo heb ik de baan weten te krijgen. Na het verwijderen van het gebroken beugel ging ik op zoek naar een metaalwerkplaats / smid waar beugel gelast kon worden. Het duurde niet lang voordat het alles weer in orde was, en vertrokken wij de volgende ochtend dan ook naar de volgende bestemming, Givet de grensplaats van België en Frankrijk. Het was een heel lastig deel van de reis omdat het erg mistig was, de boot had geen radar dus navigeerden wij op gehoor door te luisteren naar geluiden van andere schepen. Best gevaarlijk als je erover nadenkt, maar we hebben het uiteindelijk zonder aanvaring gered.

De Franse douane kwam aan boord om de boot te inspecteren op drugs, tabak en alcohol, na de controle kregen wij een stempel in ons paspoort en mochten we vertrekken. We verlieten Givet naar onze volgende stop. Stenay was geen geplande stop maar door een defecte stuw verder stroomopwaarts konden wij niet verder. Aanvankelijk zouden de reparaties aan de stuw slechts enkele dagen duren maar uiteindelijk hebben wij 10 dagen in Stenay moeten wachten. Het was erg frustrerend om niet verder te kunnen, voor ons gevoel allemaal verloren tijd. Weet niet meer hoe vaak wij de boot hebben gepoetst die 10 dagen, gelukkig dat er een dikke laag verf op zat!

Zoals Conrad en ik hadden afgesproken, was ik ook verantwoordelijk voor het koken en schoonmaken. Hij gaf mij huishoudgeld voor de boodschappen. Hij was erg strikt in het gebruik van het huishoudgeld, bezoeken van bars en cafés was dan ook niet toegestaan. Het was oké om bier te kopen in de supermarkt om vervolgens aan boord te drinken.

Na 10 lange en saaie dagen konden wij onze reis hervatten en vervolgden wij naar onze volgende bestemming, Verdun. Omdat de reis langzamer verliep dan verwacht hadden wij helaas geen tijd voor sightseeing, alleen op die plaatsen waar we de nacht doorbrachten. Ook dan was het niet altijd even eenvoudig omdat wij om veiligheidsredenen ervoor moesten zorgen dat er altijd twee bemanningsleden aan boord waren.

Vanaf Verdun verder de Nancy. Ik kan me niet herinneren waar het was, maar we verlieten de Maas naar Canal de l’Est en bij Le Faubourg verlieten we dat kanaal naar de Saône die ons helemaal naar Lyon bracht.

Ed en ik aan het schoonmaken haven van Stenay waar wij 10 dagen moesten wachten voordat wij verder konden.

Waar het exact was weet ik niet meer, maar ergens langs het Canal de l’Est liepen we aan de grond, de boot ging niet meer voor of achteruit. Er waren geen schepen die ons konden helpen dus moesten we zelf een oplossing bedenken. We lieten de sloep in het water zakken, namen het anker in de sloep en roeiden naar de kant waar we de ankerketting aan een boom bevestigden. Met behulp van de ankerlier trokken wij de boot los. Nadat de sloep weer aan boord was gehesen vervolgden wij onze reis.

Uiteindelijk kwamen we aan in Lyon waar we de boot aanmeerden bij de jachthaven. Tijdens het inchecken bij de havenmeester, kregen we te horen dat we het laatste stuk naar Marseille niet konden voortzetten vanwege de te lage waterstanden op de rivier de Rhône en dat het zeker tien dagen zou duren! Het wachten was op water dat vanuit Zwitserland de Rhône in gelaten zou worden. Lyon is een prachtige stad, maar niet voor 10 dagen, we wilden zo graag onze reis voortzetten die tot nu toe zo goed ging. Eindelijk kwam de dag dat we Lyon zouden verlaten. Er lagen inmiddels een groot aantal boten en schepen te wachten om verder naar het zuiden te varen.

Ondanks het water dat vanuit Zwitserland binnenstroomde, was het waterpeil zo gevaarlijk laag dat werd besloten er met loodsen gevaren moest worden. De eerste en elke vijfde boot kreeg een loods aan boord. Alle andere boten moesten hun exacte manoeuvres volgen, wat soms behoorlijk stressvol was. Volgende stop was de enorme sluis bij Bollène met een hoogteverschil van 23 meter. Gelukkig was de sluis ontworpen met drijvende bolders hetgeen het schutten eenvoudig maakte. De sluis was erg indrukwekkend, als je omhoog keek zag je alleen maar twee zwarte muren en de blauwe hemel.

Na het passeren van de sluis verliep de reis weer voorspoedig. We stopten bij Orange waar we twee nachten verbleven om alles gereed te maken voor het laatste stuk naar Marseille, het begon nu allemaal wat spannender te worden. We volgden de rivier de Rhône naar Avignon en Arles, vandaar door de Camargue, wat ook geweldig was. Toen we eenmaal de Middellandse Zee hadden bereikt staken we het open water over naar Marseille.

Lock at Bollène with a height of 23 meters!
Sluis Bolene in de Rhone (foto geleend van het Internet).

Na ons te hebben gemeld bij de havenmeester, bleek dat wij hadden moeten reserveren, de jachthaven was helemaal vol! De havenmeester kwam vervolgens toch met een oplossing; wij konden de ligplaats gebruiken van een van de jachthavenleden die met zijn jacht op vakantie was. Het enige nadeel was dat wij maar veertien dagen de tijd hadden om de boot gereed te maken en op te tuigen voor de oversteek naar Spanje.

Zonder tijd te verliezen begonnen we de boot op te tuigen, het plaatsen van de masten, vastmaken van de tuidraden, het testen van de zeilen enz. Ik ververste de motorolie en controleerde het koelsysteem, de accu’s enz. Alle bouten en moeren werden aan gedraaid en ook de opklapbare kiel gecontroleerd, alles leek goed te gaan. Ik stelde Conrad voor om ook de schroef en het roer te controleren. Hij zei dat het niet nodig zou zijn omdat het nog zo nieuw was. Na overleg met de twee andere jongens besloten we het toch te checken. Met een duikbril op ging ik het water in, het water in de jachthaven was verrassend helder. We hadden geen duikuitrusting, dus moesten het doen met een snorkel wat goed te doen was.

Na de eerste inspectie was het duidelijk dat het toch geen slecht idee was. Het roer was bevestigd met acht bouten en moeren (vier boven en vier benden het roer), waarvan er een aantal waren losgeraakt tijdens de reis over de rivieren in Frankrijk. De schroef en de kiel waren in orde, dus niets om ons zorgen over te maken. Op naar een winkel om twee dezelfde maat steeksleutels en nieuwe bouten en zelf borgende moeren te kopen.

Met twee ringsleutels aan een touwtje om mijn polsen gebonden ging ik het water in om één bout en moer te verwijderen om de staat ervan te controleren. Gezien de slechte staat van de bouten besloten wij alle acht te vervangen. De nieuwe bouten waren langer dan de originele waardoor er een extra borgmoer bevestigd kon worden. Conrad was erg onder de indruk dat wij dit probleem hadden opgelost en dat er nauwelijks kosten waren gemaakt!

Nu alle voorbereidingen waren getroffen, gingen wij de benodigde proviand kopen voor de volgende stap van onze reis, het oversteken van de Golf du Lyon. Volgens sommige boeken die we hadden gelezen, was het raadzaam om de Franse kust naar Spanje te volgen. Dit vanwege de Mistral-stormen die erg onvoorspelbaar waren. Na met z’n vieren te hebben overlegd besloten wij toch direct over te steken, dat zou veel tijd en geld sparen. De volgende ochtend kwam de jachthavenbeheerder ons vertellen dat de eigenaar van de ligplaats van plan was eerder terug te komen dan verwacht en dat we de volgende ochtend moesten vertrekken. Hoewel we mentaal nog niet honderd procent voorbereid waren, spraken we af om toch maar te vertrekken. We gingen samen met de kaart op tafel, de koers bespreken die wij moesten volgen om de oversteek naar Rosas in Spanje te maken. ‘s Avonds gingen we met z’n allen uit eten, we aten bouillabaisse in een lokaal restaurant, een plek waar alleen de lokale bewoners kwamen en geen toeristen. Hoewel het goed smaakte, was het niet iets dat ik opnieuw zou bestellen, ik zie die vissenogen nog steeds naar mij staren.

In de vroege ochtend van de volgende dag gooiende wij de trossen los en vertrokken we uit de jachthaven van Marseille. Op motorkracht voeren wij de haven uit, eenmaal op open water gekomen hesen we de zeilen één voor één. Niemand van ons had ooit eerder op deze boot gezeild dus het was even puzzelen hoe en wat. Met de wind in de zeilen en de koers uitgezet naar Rosas waren we eindelijk op weg naar Spanje. Gedurende de dag verliep alles heel soepel, er was niet veel wind maar genoeg om er een lekker gangetje in te houden en te leren hoe de boot zich op open water gedroeg. We stuurden om beurten, echt moeilijk was het niet, gewoon je ogen op het kompas gericht houden.

Alles ging goed, zelfs de eerste uren nadat de zon was ondergegaan verliepen soepel, maar toen, plotseling uit het niets, enorme golven en harde wind, die met de minuut erger werden. We zaten in een zware storm, waarvoor ze ons hadden gewaarschuwd, een Mistral-storm, de boot maakte zeer zware bewegingen en het slaan op de golven maakte het er niet gemakkelijker op. We begonnen allemaal zeeziek te worden en in de woonvertrekken ging het niet veel beter, de meubelen vlogen alle kanten op, alles wat los lag op de boekenplanken vlogen door de kajuit, de kastdeuren gingen open waardoor de inhoud in het rond vloog, het zag er allemaal niet goed uit.

Ed en ik waren al gauw over de zeeziekte heen, de anderen konden niets doen, ze zaten te ziek in de kajuit dus bestuurden Ed en ik om beurten de boot. Op een bepaald moment was de storm zo hard dat het grootzeil kabel dat door de mast liep gebroken, het zeil viel langszij in het water. Nu zeilden we alleen op het kleine zeil, maar de boot kantelde zo erg dat we bang waren dat hij zou kapseizen. Ed en ik besloten dat het misschien beter was om op de motor verder te gaan en het zeil naar beneden te halen. De motor wilde niet starten, dus ik moest kijken hoe dat kwam. Het bleek dat de uitlaat vol water zat en dat er niet genoeg druk was om het water eruit te blazen.

Om het water uit de uitlaat te krijgen moest ik eerst een deel van de uitlaat verwijderen, de motor starten en vervolgens met draaiende motor de uitlaat weer terugplaatsen. Geloof me; het was niet zo eenvoudig als ik net schreef!

Nu we op de motor voeren haalden we ook het laatste zeil naar beneden en vervolgens de hele nacht naar het kompas staren, Ed en ik navigeerden de boot tot de storm voorbij was. Nu zaten we alle vier in de stuurhut en probeerden te achterhalen waar we waren. Eindelijk zagen we de vuurtoren van Rosas.

We naderden Rosas vanuit een compleet andere hoek dan gepland, we zeilden langs de kust. Plots stopte de boot, we waren op een zandbank gestrand, totaal vastgelopen, konden nergens heen en we waren zo dichtbij. Nadat we daar een tijdje hadden gezeten, zagen we iemand op het strand naar ons zwaaien, het was een Guarda Civil, Spaanse politie. Iemand moest naar de kust om hulp te halen, die iemand was ik, met droge kleren in een plastic zak om mijn arm gebonden ging ik het water in om vervolgens na een eind te hebben gezwommen aan op het strand. De politieagent was niet erg behulpzaam, maar na enig aandringen nam me mee naar Rosas, waar we een vissersboot vonden die de Zig-Zag vlot wilde trekken van de zandbank en vervolgens naar de haven te slepen.

In de haven realiseerden we ons hoeveel schade we hadden opgelopen en hoeveel geluk we hadden gehad om deze vreselijke storm te overleven. Nadat we de visserman hadden betaald voor zijn hulp, kregen we ook nog een boete van de politie. Hij verklaarde dat het verboden was om zo dicht bij de kust aan te meren en voor anker te gaan! Hij wilde niet geloven dat het een ongeluk was en dat wij daar niet hadden aangemeerd!

Haven van Roses, Spanje.

Nadat we een volledige inventarisatie van de schade hadden gemaakt, begonnen we met de reparaties. Eerst moesten we het ruim droogpompen. Tijdens de storm had de boot zo vaak op de hoge golven geslagen dat er water door de opening van de intrekbare kiel in het ruim was gekomen. Dit is iets wat moet worden onderzocht voordat er zelfs maar wordt gedacht aan het oversteken van de oceaan, wat uiteindelijk het plan van Conrad zou zijn. De hutten en de kombuis werden opgeruimd terwijl schade aan het interieur werd hersteld. Een lastige klus was het repareren van de stalen kabel van het grootzeil die was afgeknapt aan de top van de mast. Ik bood me vrijwillig aan om naar de top van de mast te gaan, zittend in de bootsmanstoel takelden Ed en Robert mij omhoog zodat ik de mast van bovenaf kon controleren. Vanaf de grond leek de mast niet zo hoog als wanneer je helemaal bovenin hangt is het nog veel erger. Bij elke kleine deining in de haven bewoog de boot met de golven, het was niet veel, maar genoeg als je boven op de mast bent. Het ene moment bevond ik me boven de boot, het volgende moment hing ik boven het water. Hoe dan ook, de inspectie toonde aan dat niet alleen de stalen kabel was gebroken, maar ook de katrol. Alle benodigde onderdelen werden besteld en vervangen, zodat alles weer zo goed als nieuw was.

Na ongeveer een week begonnen we met het plannen van het volgende deel van onze reis, zonder nog zeker te weten waar we uiteindelijk zouden eindigen. We vertrokken vanuit Rosas richting Barcelona, wat waarschijnlijk niet meer dan 200 km was, ongeveer 110 zeemijlen. Het was een prachtige dag en een genot om langs de kust te zeilen.

De reis naar Barcelona was uitzonderlijk ontspannen en aangenaam. We waren zeer tevreden met alle reparaties die we in Rosas hadden uitgevoerd; de boot zeilde prachtig en het voelde als een echte vakantie. Na aankomst in Barcelona legden we aan in de jachthaven die heel dicht bij het stadscentrum ligt, op slechts een korte wandeling van de beroemde La Rambla. Het was echt heel aangenaam daar te zijn dat we besloten om nog een paar dagen langer te blijven om wat bezienswaardigheden te bekijken.

Vanuit Barcelona verliep de reis naar Alicante voorspoedig, wij hebben verschillende havens aangedaan zoals Tarragona en Castellón de la Plana en Dénia, ook hadden wij genoeg tijd voor wat sightseeing. Hoeveel dagen wij er over hadden gedaan weet ik niet meer maar uiteindelijk bereikten wij Alicante. Zoals met mijn vader afgesproken zou hij eventuele post opsturen naar Post-restante in Alicante. Een dag of zo na aankomst ging ik naar het postkantoor om te informeren of er post was voor mij. Tot mijn verbazing ontving ik een brief van mijn vader, leuk maar had het niet verwacht. Ergens op een bankje de brief opengemaakt, er zat een kort briefje in van mijn ouders maar ook een enveloppe van het ministerie van defensie, ik werd opgeroepen voor mijn dienstplicht. Dat was echt balen omdat de dag ervoor Conrad had besloten om met de Zig-Zag door te varen naar Griekenland.

Blijkbaar had ik twee keuzes: teruggaan naar huis om mijn dienstlicht te vervullen of tien jaar wegblijven om aan de diensttijd te ontkomen. Na deze periode zou ik vrij zijn en kon ik niet worden berecht voor het niet opdagen. Dat was een moeilijke beslissing op die leeftijd. Ik moest de feiten onder ogen zien en teruggaan naar huis. Ik had een reis van drie maanden achter de rug en was platzak! Op naar de Nederlandse Consul waar ik na een lang gesprek, een renteloze lening van de staat ontving waarmee ik een treinkaartje naar huis kon kopen. Op 31 oktober 1972 nam ik afscheid van Conrad, Ed en Robert op het station van Alicante. Het was een hele reis, in Parijs nog met de metro van station zuid naar station noord voordat ik door kon reizen naar Amsterdam. Het duurde bijna 24 uur voordat ik arriveerde. Twee dagen later ging ik voor mijn medische keuring en twee weken later werd ik opgeroepen voor 18 maanden dienst voor Hare Majesteit in Kazerne Nunspeet.

Conrad en zijn bemanning zetten hun avonturen voort, eerst over de Middellandse Zee en vervolgens naar de Canarische Eilanden, vanwaar ze de Atlantische Oceaan overstaken naar het Caribisch gebied, langs de oostkust langs de Hudson River naar de grote meren. Vervolgens over de Mississippi, langs de westkust van Florida, via de Bahama’s en Haïti, door het Panamakanaal naar San Francisco, waar hij in 1981 aankwam na negen jaar reizen. Hoe anders zou mijn leven zijn geweest als ik aan boord was gebleven zullen we nooit weten.

Special Music Memories

Over the years there have been special moments where a particular song leaves a long lasting memory. A memory where as soon as it starts, you know exactly where it was and what you were doing then. I have described a number of songs here of which I have very special memories. Although the last one was from 1990 doesn’t mean that there haven’t been any special songs after that time but they probably made less of an impression on me. Each photo is a link to the relevant number, I’m curious what you think.

Roger Waters – The Wall – 1990

In 2022 it is 32 years ago that Roger Waters stood on the no man’s land between East and West Berlin. On the grounds between Potsdamer Platz and Brandenburg Gate, the former Pink Floyd bassist performed his magnum opus: The Wall. In doing so, Waters fulfilled an old promise: he would never perform the masterpiece again unless the Berlin Wall fell. When the Wall did indeed fall at the end of 1989, the singing bassist went to the German capital for a concert together with the German band The Scorpions.

The show in Berlin more or less coincided with the tenth anniversary of the album The Wall, which was released by Pink Floyd in 1979. Nearly half a million people saw the performance of the rock opera: 350.000 people had bought a ticket, and another 100.000 people saw the show from a distance. With these numbers, The Wall – Live In Berlin became the largest concert with paying visitors to date.

Together with my good friend and neighbour we traveled to Berlin to experience this spectacle. We arrived via East Berlin which in itself was quite an experience. After arrival we parked the car in a park and set up our tent, meanwhile the sound check had started. The concert was really great, all in all a weekend to remember.

Mezzoforte ‎– Garden Party – 1982

A complete new sound at the beginning of the 80’s 100% instrumental. It was Mezzoforte’s fourth album, with their most famous song “Garden Party”, with which the band broke through in Europe with only this one hit. The album was released in Iceland as Mezzoforte 4. In Europe the album was released as Surprise Surprise, with the cover of their previous album.

The Who – The Acid Queen – 1973

During the summer holidays of 1973 (I was in military service from Nov 72 – May 1974), my brother Peter and I hitchhiked to Luxembourg for a short vacation. After setting up our tent in Echternach we explored the area, visited the caves and spent a lot of time on the terraces of the local cafes. After about a week we had to go home. From Echternach we got a lift from a guy who must have been about 30 years old. We drove in a Mercedes convertible that was equipped with an 8-track stereo system. At one point, The Who played “The Acid Queen”. The combination of freedom, the wind blowing through my hair (yes I still had hair at the time), the smell of the joints they were smoking and the music of The Who made it a great experience.

The Free – All Right Now – 1970

In the summer of 1970 I decided to go backpacking to England. Saw an ad from a student organization to pick strawberries in Norfolk’s Eckles on Sea. With the backpack and tent together weighing almost as much as myself, I left for Hoek van Holland to cross by ferry to Harwich. From there hitchhiked to Eckles on Sea. After a few days of rain I got really bored, so I packed up and hitchhiked to Preston, not far from Blackpool. An acquaintance of my parents lived there. A hit in those days was All Right Now by the band The Free. The people I was staying with played the record like 30 times a day. It is for this reason that this song has always stayed with me.

That’s Soul 3 – Various Artists – 1968

In 1968 I when I went to the technical school I was a member of the John F. Kennedy drum band in Osdorp. During the period that I was with the drum band, we regularly had parties at our house. My favorite music at the time was Soul, and had already built up quite a collection. When the album “That’s Soul 3” came out in 1968, of course I had to have it for my collection. The best song on the album in my opinion: Memphis Soul Stew by King Curtis. I still have the album and although the record is almost gray now, the memories are still sharp on my retina.

Keith West – Grocer Jack – 1967

During the first class technical school (unfortunately for the second time!) I had a schoolfriend, we went to school together by bike every day and occasionally visited each other’s home. We absolutely loved this song back then. Why? When I hear it now I don’t know anymore.

Beethoven – Pianoconcert No. 5

It was during the 1960’s that I was first introduced to classical music. In those years I had severe migraine attacks, so bad that I couldn’t tolerate any daylight during an attack. To calm my mind, my mother played Beethoven’s Piano Concerto No. 5. This piece is still one of my favorite classical music pieces. I took this habbit from my mother, when my daughter was ill and or restless, I played this for her too.

Back to the Netherlands

20 February 2008
Sorry for letting you wait so long for an up-date in regard to our move back to the Netherlands.  First we would like to thank all of you who came to the Mooloolaba Spit on Sunday February 10th.  It was a fantastic day with lots of good food and plenty of good company and even lots of emotions.

It was really great to see our family and so many friends together; we really appreciate your friendship and hope we can continue to communicate by email or phone.  We would like to send a special thanks to John and Elly who came all the way from Adelaide, it was a great surprise and we are truly sorry we didn’t have more time to spend with all of you.

After finalising some final details we left for Nambour on Wednesday morning where Lilian’s cat Simba had his final check-up before flying him back home.  Then at 11 we had to take Simba to the AQIS (Quarantine) for another final check-up and of course another bill!  Simba has become the most expensive cat that I have ever known!  So after finalising the travel documents (8 pages with about 22 official stamps….) we took Simba to the shipping company where he would stay until the next day, the day of departure, praying nothing would happen to him, you wouldn’t like to loose such an expensive cat!

We then checked in to a hotel in Brisbane for our final night in Australia, after a couple of drinks with cousin Robert and our Dutch friends Tanja and Joppe we had “diner” in our room.  The next morning we took a taxi to the airport where we checked inn without any complications.

After an 8 hour flight we arrived at Kuala Lumpur where we had a 6 hour stop-over.  We spent most of the time in the lounge, had some great snacks and a couple of drinks.  Then it was time for the long haul, 13 hours to Amsterdam where we arrived at 6.30 am.  When Lilian was asked to put her seat in the up-right position she replied, why, are we there already….?

Our luggage arrived within 25 minutes but after an hour still no sign of Simba, so of to the Smurf office where we were informed that we had to collect Simba at the Cargo department 10 mins away from the airport.
Luckily our best friends, Phili and Willy and Wil (Eva’s dad) were at the airport to collect us. They frove us to the cargo department where we received a document that we had to take to customs for 1 stamp, again 10 mins away.  With the document stamped we went back to the cargo department where Simba was released after yes, paying more $$$$$.

Obviously we knew that it was winter in Europe but its hard to imagine how cold, cold can be.  We left Australia mid summer with temperatures of 30 degrees, at 8 am in Amsterdam it was -8 degree, now that’s a temperature shock….Lilian’s first remark: why do they call it Holland and not Freeze land?

We arrived home (Eva’s dad’s house) at about 11 AM, at about 3 PM and after a quick chat and a cup of coffee we went to bed for a couple of hours, Lilian didn’t want to go to bed, who goes to bed during the day time she said.  Eva and I woke up at 5 but Lilian just didn’t want to know anything about it, she was grumpy complete unconscious so we left her in bed.  At 2 AM she woke up completely stressed that she didn’t have any diner. So down stairs we went for a midnight snack and then back to sleep again.  The next day we all felt much better.  In the morning we went out for some shopping, bought some gloves for Lilian, couldn’t find a winter coat (small town) so will have to go out again next week.  In the afternoon friends and family came to see us, it was great to see everybody again after such a long time.

On monday we took Lilian to a school to get her registered, the principal asked her when she would like to start school and prompt replied tomorrow? So tomorrow it was, Tuesday morning she started school, same class as in Buderim, grade three until the summer holiday and then to grade 4 in August.  The first day was a great success, she really loved it., children are so flexible. It’s very interesting that she is enjoying the weather where as for my self; it’s taking some time adjusting and wearing trousers and socks all the time. Today, while Lilian was at school we went to pick up our car.  We bought my father-in-laws used car in December so at least we have comfortable transportation and do not need to depend on bicycles only.

27 June 2008
It’s time again for a short up-date from the Netherlands where we have settled amazingly well.  After living with Eva’s dad in a small pensioners cottage for three months we moved into our “new” home per June 1st. We have rented a house in Berlicum which is near Den Bosch, for those not too familiar with this city; it’s not too far from Eindhoven. So it’s in the southern part of the country about 1 ½ hour from Amsterdam, that is if there is no traffic, during rush hour it could take 2 ½ to sometimes 3 hours to get there.  Luckily we have no need to go that direction.  Eva will have her work in Berlicum, she wanted to continue her artwork with Powertex and because our house isn’t large enough for a studio we have rented a unit where she will do classes but it will also be a craft shop (Eva’s Krea Shop).  It’s actually quit exciting, for the last couple of weeks we have been cleaning and decorating the shop.  Next week we will be buying the shop fixtures / furniture and inventory from the wholesale.  In July we will take two weeks vacation in France so will not open the shop until august 1st after our return. Eva is really happy to be back and to spend time with her dad (83).  He lives like 5 minutes away from us about the same distance from Lilian’s school as from our house to school.

Lilian started school four days after we arrived Holland, it was still winter which means in the morning it was dark until 7.30 and by 5 in the evening it was dark again.  Of course it was quit cold so we had to get new winter clothes including a thick winter coat and gloves!  We (and the school) thought it would be better to continue with grade 3 for the rest of the school year which finishes on July 4th, that’s when the school holiday starts (6 weeks).  It was better for her to continue at the same level and to work on her Dutch writing and reading skills which she has picked up amazingly well.  So after the school holiday she will start in grade 4.  They are learning three languages at school, Dutch, English and French, it’s just wonderful to see how fast and easy kids can learn.  The learning system is quit different and Lilian had some difficulties adjusting.  Here the kids have a task list per week and per day; they must finish their tasks daily so they work very much on an individual base in stead of in a group.  Now Lilian understands what is expected she manages well to finish her tasks.  The kids do not get homework until grade 6 so we decided to give Lilian homework because it’s not new for her, the result is that she picked up her Dutch so fast that she now reads Dutch books.

Although the school is only like 5 minutes walking distance Lilian prefers to go by bike (1 minute).  She loves riding her bike, after school she often goes to the park or to play with friends or she will go and visit opa (grandfather).  Because it is light until 10.30 this time of the year she has some difficulties going to sleep, “it’s not fair, why do I have to sleep, it’s still light outside” she keep saying.  Well after next week she will have school holiday and then she can stay up late for a couple of weeks.  Sometimes Lilian is sad and starts crying, she then tells us that she misses her friends in Australia, unfortunately we cannot get her motivated to write letters or emails to her friends.  It might be her way not to have to think about the fact she cannot see them.  Don’t worry though Micah, Maddy, Devon, Madison, Chloe, Tesheia, Sophie, Linden and all others from Lilian’s class, Lilian still remembers you and really misses you all!  Luckily she has already a couple of new friends who invited her to birthday parties and some of them come over to play quit often.  Amazingly enough she doesn’t seem to miss Australia as much as we thought she would, kids seem to adjust so easy don’t they?

By the way, a couple of months ago we went to Denmark to visit Legoland, while there we also visited some friends who also lived in Australia, some of you might remember the Wormington’s.  Lilian was thrilled to see Adam, Cecilia and Emil again; the whole family spent the whole day at Legoland with us.  A couple of weeks ago her whole class went to a school in France for the day, it was like an exchange with a school just over the French border about 4 hours drive from here.  It was a fantastic day and she made a few more new (French) friends.

Although we miss the Sunshine Coast, “our house”, friends, family, BBQ’s in the park, coffee in Mooloolaba, the views and the Australian lifestyle, I must admit that we enjoy it here again; it’s good to see “old” friends again and to spend time with the few family members we still have.  We have planned to travel to France in July for two weeks; we look forward travelling through this wonderful country.  We will most likely stay somewhere in the French Alps and drive trough Switzerland and Germany on the way back.

As for work, on and off I have been job-hunting, have had two interviews, both offered me a position but we couldn’t agree on the package.  I am now in the process with a new job, it will be a European position as Business Development, naturally in the EAS (Security world) business again.  It’s a new company with plans to grow throughout Europe so lots of travelling involved.  Last weekend the company invited me to Prague for a brainstorm session and to meet other people of the company, I must say that I was quit impressed.  Most likely I will start per September 1st. So it’s back to work for Mr. Lazybones!

1971 / 1972 – Tewoja

Waar een wil is, is een weg. Dit verhaal gaat over de periode dat ik matroos was op een sleepboot(je) gedurende de periode 1971/1972. Het begon toen ik in 1971 bij de Botel Cruises werkte als afwasser, op een bepaald moment ontstond er een conflict waardoor ik in Rüdesheim van boord moest (ontslagen dus!). Terug op kantoor aan de Ruyterkade (steiger 4) in Amsterdam vroeg ik of ik weer in dienst kon komen maar dan als matroos want dat leek mij veel leuker dan afwasser (lekker naïef). De personeelschef (Hr. de Graaf), vertelde dat als ik een jaar ervaring zou hebben dat het wel mogelijk zou zijn. Enfin, ik weg en op zoek naar werk. Bij de Fa. Spithorst aan de Prins Hendrikkade zochten ze een leerling matroos voor op een sleepboot. Na een kort gesprek werd ik aangenomen en ging varen bij Tjeerd Niezen aan boord van de Tewoja, een kleine sleepboot die bakken zand van Pampus naar Lijnden aan de Ringvaart voer voor de dijkversterking. Na een jaar dit hebben gedaan, veel geleerd etc., ging ik terug naar de Botel waar ik dezelfde dag werd aangenomen als matroos op de Holland en maakte verschillende reizen over de Rijn naar Strasbourg. Hierbij een aantal foto’s van de Tewoja, die later naar Canal de l’Est bij Toul en Nancy is gegaan waar zij als ijsbreker heeft gediend totdat de motor in de soep werd gedraaid. Dat was begin 90er jaren, waar de Tewoja nu is, is helaas onbekend.

English

Where there’s a will there’s a way. This story is about the period that I was a sailor on a tugboat during the period 1971/1972. It started when I had worked at the Botel Cruises as a dishwasher in 1971, at a certain point a conflict arose which meant that I had to disembark in Rüdesheim (so fired!). Back at the office at the Ruyterkade (jetty 4) in Amsterdam, I asked if I could return to service, but as a sailor because that seemed much more fun than dishwasher (nicely naive). The personnel manager (Hr. de Graaf) told me that if I had a year of experience it would be possible. Anyway, I left the office and started looking for work. A company named Spithorst on the Prins Hendrikkade were looking for an apprentice sailor on a tugboat. After a short interview I was hired and went sailing with Tjeerd Niezen on board the Tewoja, a small tugboat that moved barges with sand from Pampus (IJsselmeer) to Lijnden on the Ringvaart for dyke reinforcement. After just short of one year, I went back to the Botel office where I was hired the same day as a sailor on the Holland and made several trips along the Rhine to Strasbourg. Below are some photos of the Tewoja, which later went to Canal de l’Est near Toul and Nancy in France where she served as an icebreaker until the engine gave up completely. That was in the early 90s, where the Tewoja is now is unfortunately unknown.

1971 – Botel Cruises

Not long after my return from England I started work as a toolmaker at a small factory in Amsterdam. Although it was interesting work, I just couldn’t see myself working there my whole life. I realised that there must be more in life than being “locked” up in a factory. I had the urge for something with more freedom and adventure. In April 1971 I started looking for something different to do and eventually ended up at Botel Cruises at de Ruyterkade in Amsterdam as a dishwasher. Obviously the job wasn’t that exciting but the environment surely was. I didn’t really care what he job was, I wanted change, see more of the world and meet people.

I can’t remember how many cruises I made on the Amsterdam, which was probably the oldest ship of the fleet of four ships the company owned. Most likely I didn’t do more than two or three cruises from Amsterdam to Rüdesheim and back which was a seven day cruise. This didn’t bother me, I just wanted to get away and see more of the world, although it was only a tiny part of Germany. It didn’t take long before I really fancied one of the stewardesses, her name was Jenny, and she was from Maastricht. One day we agreed that we would go out together in Rüdesheim, to visit the Drosselgasse, a narrow up-hill ally with loads of souvenir shops, bars, restaurants and terraces.

After I had finished my work washing up the dishes, pots and pans and scrubbed the floor, I went to my cabin to get changed. When we were just to leave the ship I was stopped by the chef who said that the kitchen floor wasn’t clean enough and that I had to do it again which I did. We then again planned to go and I was told it wasn’t clean enough and that I had to do it again.  I refused this and left the ship together with Jenny. 

When we returned at the ship late that evening, the manager, the chef and the captain where waiting for us. I was told that because I had refused to do my job, I was fired and that I would have to leave the ship first thing in the morning.  Without money in my pocket I was taken of the ship and saw her leave the jetty turning around for the trip back to Amsterdam. I just stood there wondering what just happened, how could they do that? Leave me behind in Germany without any money. I started to walk and found a place where I stopped to put my thumb up hoping for a lift.  A dozen or so rides later I arrived back in Amsterdam.

The following day I went back to the Botel Cruises office to tell them what had happened. I also told the HR manager that I wanted to work for the company but this time not as dishwasher but as mate/sailor. His response was that it would be very unlikely to fulfil such job without any experience. He resumed by saying, if you would have any experience he would seriously consider. I thanked him, walked to the door, turned around and said, see you next year!

From the office I went home and told my parents about my plans. The following weeks I just relaxed and looked around for work. After doing several odd jobs during the summer, one day my dad came home from work, I believe he was more excited than I was, he had seen a sign outside a tugboat company in Amsterdam searching for an apprentice. First thing next day I went for an interview and was hired on the spot!  I was assigned to a captain of a tiny tugboat, we were to transport sand from near Pampus in the IJsselmeer. The sand was loaded into a huge barge which we didn’t tug but pushed it all the way through Amsterdam. The sand was used to strengthen a dyke near a place called Lijnden along the Ringvaart.

In May 1972, after a period of 7 months, the job was done and my service was no longer required. I could have stayed working with Tjeerd the skipper and owner of the tiny tugboat, but I had set my mind on the Rhine River cruise ships. Once I had received my certificate as mate/sailor; I went straight to the office of Botel Cruises behind the Central station in Amsterdam. The HR manager Mr. de Graaf was willing to see me even without an appointment. With a huge smile on my face I gave him the certificate which I had just received less than 20 minutes ago. He looked at it for a minute or so and then looked at me over his reading glasses. So, who are you and what do you want, he asked. I told him that he had told me that if I came back with experience as mate/sailor he would consider hiring me on one of his ships, so here I am. His reply was, well well, you really want to do this don’t you!

It went silence in the office, after a minute or so he asked, when can you start? My answer was, immediately… or is that too soon I said. No, no that’s just fine; one of our ships is coming from Zaandam and is on its way to Volendam. If you go and wait at the end of the jetty, you can jump on board when the MS Holland passes by. The ship will return tomorrow and if the captain is satisfied with you and your work, you will leave for a Rhine cruise to Strasbourg the day after. It’s a 14 day cruise and make sure you don’t get fired again!

That year I made several trips from Amsterdam to Strasbourg and back, can’t remember exactly how many but must have been at least 6 two weeks cruises.